DO NOT RUN FLY
NDT1 , dirigent: Matthew Rowe
Shadows
Het Balletorkest speelt:
Shadows W.A.Mozart, L.Bernstein, F.A. Cohen
i.s.m. Het Nationale Ballet, Cappella Amsterdam
dirigent: Matthew Rowe
Regnum
Wereldpremière
Choreografie Milena Sidorova
Muziek Wolfgang Amadeus Mozart
Mozart symfonie nr. 25
Al gaf Wolfgang Amadeus Mozart al in zijn prille jeugd blijk over een meer dan gemiddeld muzikaal talent te beschikken en schreef hij ook toen al een aantal bijzondere composities, het eerste werk dat een vaste plaats veroverde in het huidige orkestrepertoire is zijn ‘kleine’ symfonie in g, K.V. 183. Hij schreef deze symfonie nr. 25 in oktober 1773, hij was toen 17 jaar oud. Algemeen wordt aangenomen dat hij het werk op 5 oktober in Salzburg voltooide.
Mozart volgde de algemeen geldende klassiek indeling:
Allegro con brio, Andante, Menuetto & Trio, Allegro
Het eerste deel zou wereldberoemd worden als de openingsmuziek van Milos Formans film Amadeus.
Met zijn lange melodische lijnen en energieke tempowisselingen is deze symfonie karakteristiek voor de Sturm und Drang-periode. Mogelijk heeft Haydns symfonie nr. 39, eveneens in g mineur, Mozart tot dit werk geïnspireerd.
Yugen
Nederlandse première
Choreografie Wayne McGregor
Muziek Leonard Bernstein
Bernstein – Chichester Psalms
In 1963 besloot de predikant van Chichester Cathedral, Dr. Walter Hussey, Leonard Bernstein te benaderen om voor zijn jaarlijkse muziekfestival, waarbij ook de kathedralen van Winchester en Salisbury betrokken waren, een spectaculair nieuw werk te schrijven. Bernstein, gerenommeerd dirigent van de New York Philharmonic en componist van de immens populaire musical West Side Story, had kort daarvoor ter gelegenheid van de begrafenis van president Kennedy een Joods gebed (Kaddish) op muziek gezet. Dat bracht Hussey op het idee hem te suggereren een religieus werk te componeren, met als basis de Psalm, in de Joodse traditie een gedicht met religieuze, soms mystieke strekking, dat ook kan worden gezongen.
Het werd Chichester Psalms, een driedelig werk voor jongenssopraan of countertenor, gemengd koor en orkest, gezongen in het Hebreeuws, de originele taal van de psalmen. Getoonzet werden de psalmen 100 en 108 (deel 1), 2 en 23 (deel 2) en 131 en 133 (deel 3).
Voor de openingstekst van Psalm 100, Make a joyful noise to the Lord, koos de componist voor een jubelende zang met koper en slagwerk. Het tweede deel opent lieflijk en beschouwend, met de tekst The Lord is my shepherd, gezongen door een jongenssopraan, begeleid door een harp. Deel 3 begint met een dramatische voorspel door de strijkers, vervolgens wisselen koor en orkest elkaar af om te eindigen met de vreedzame tekst:
How very good and pleasant it is
when kindred live together in unity
Dit imposante werk ging op 15 juli 1965 in New York in première onder leiding van de componist.
tekst: Henriette Posthuma de Boer
De Groene Tafel
Choreografie Kurt Jooss
Muziek Fritz Alexander Cohen
